Donderdagavond keurde de plenaire vergadering van het Belgische parlement een nieuwe wet over het bewaren van Data goed. Om rechtshandhaving en veiligheid te ondersteunen moeten aanbieders van telecommunicatie- en internetdiensten gebruikersgegevens, waaronder locatie en verkeer bewaren. Het besluit is omstreden omdat het Hof van Justitie van de EU al heeft bepaald dat het op grote schaal bewaren van telefoon- en locatiegegevens in strijd is met het recht op privacy dat beschermd wordt door het Handvest voor de Mensenrechten van de EU.
Vertegenwoordigers van de rechtshandhaving en de Belgische regering beweren echter dat het van cruciaal belang is om criminaliteit op te sporen en uit te roeien, wat hen ertoe heeft gebracht te zoeken naar leemten in de beslissingen van het EU Hof.
Bezorgdheid om privacy
Gerichte gegevensbewaring kan worden toegestaan in bijzondere situaties en bij gevaren voor de nationale veiligheid, ook al oordeelde het EU Hof dat het algemeen bewaren van bevolkingsgegevens onwettig is. De Belgische wet op het bewaren van gegevens pretendeert doelgericht te zijn. Toch staat ze in werkelijkheid brede gegevensbewaking toe, omdat de definitie van misdaad in het wetsontwerp zo ruim is dat ze onbedoeld de hele natie bestrijkt.
De regering wil ook telecommunicatiebedrijven en berichten-apps als WhatsApp en Signal in haar voorstel opnemen. Het plan kan gevolgen hebben voor privacy-gerichte apps als Signal en Telegram omdat ze daardoor gebruikersgegevens langer zouden moeten bewaren dan ze nu al doen. Privacy-activisten waarschuwen dat de wet dergelijke apps zou kunnen verbieden. De tekst werd met steun van de meerderheid van de partijen aangenomen.
Alleen de extreem-linkse PVDA en de extreem-rechtse N-VA waren tegen de motie; het extreem-rechtse Vlaams Belang verkoos zich van stemming te onthouden.
Organisaties voor digitale rechten waarschuwden dat Europese regeringen het voorbeeld van België zouden kunnen volgen.